Afdrukken
Hits: 806

In de Friesland Post van mei 2021 stond een leuk artikel over het kleinste huisje van Wijckel, tegenover het Wikelerbosk aan de Menno van Coehoornweg.

Hieronder vindt u dit artikel, geplaatst met toestemming van de bewoners en de Friesland Post.

Charmant arbeidershuisje met adellijk hekje voor de deur

Oude huisje Friesland post 0

Aan de Menno van Coehoornweg in Wijckel staat een bijzonder charmant pandje onder een zadeldak tegen topgevels. Op een van de versieringen, een mooie witte krul, prijkt het jaartal 1831. In de gevel houden verder een spookachtig hoofd en een angstaanjagende leeuw de wacht. Tegenover de woning ligt het statige Wikelerbosk met daarin een informatiebord over dit kleinste huis van het dorp. Vanuit hier kijken dagelijks vele passanten nieuwsgierig naar de markante woning. Logisch, want achter het huisje gaat een bijzonder verhaal schuil.

Frans Krug, dierenarts, en Geert Aalders, hoofd klantenservies bij de BNG Bank, kochten de woning met de mooie twaalfruitvensters in 2011. “We zijn vijf minuten met de makelaar binnen geweest. We hebben de bovenverdieping niet eens bekeken. En toch wisten we het meteen: deze woning zou van ons worden.“ Zelfs toen de makelaar duidelijk maakte dat de buitenkant van de woning de stijlkamer aan de voorkant en de gang zijn aangewezen als monument, twijfelde het tweetal geen moment. “Dat betekende dat we er niks aan mochten veranderen, maar dat wilden we ook niet.”

Klein, knus en prachtig

Wat het precies is, weten Frans en Geert moeilijk uit te leggen. “Het voelde gewoon goed.”Wie de woning binnenkomt, wordt inderdaad direct omarmd door een warme deken. De woning is klein, knus en de stijlkamer is prachtig. “Maar warm was het hier in de negentiende eeuw natuurlijk niet”, zegt Frans. “dit moet een arbeiderswoning zijn geweest, want het had een enkelsteensmuren. Het moet hier echt koud zijn geweest. De vorige bewoonster heeft er van binnenuit wel voorzetwanden voor mogen zetten. Maar verder is alles zoals het was.” De houten balken in de stijlkamer glanzen de bezoeker tegemoet. Ze staan strak in de lak en stralen pure welvaart uit. De huidige bewoners hebben daarom ook twijfels of het wel altijd zo is geweest. Bij het opknappen van de woning zijn ze ook meerdere kleuren verf tegengekomen. “Maar toen deze woning in 1970 officieel een monument werd, heeft Monumentenzorg besloten dat de balken zo moesten blijven zoals ze op dat moment waren, dat vinden we niet erg, want dat vinden we juist zo mooi. Maar voor een arbeiderswoning moet dit toch te sjiek zijn geweest.”

Opgebouwd uit resten van een lusthof

Dat de woning tot monument is uitgeroepen, is overigens niet vreemd. Volgens de overleveringen is het huis namelijk opgetrokken uit de resten van Meerenstein. Dit was een lusthof van baron Menno van Coehoorn dat achter het Wikelerbosk stond. Dat de stenen daadwerkelijk zijn gebruikt voor de kleine woning is niet ondenkbaar. “Bouwmaterialen waren in die tijd duur, dus we kunnen ons heel goed voorstellen dat in 1831 deze woning werd gebouwd van die stenen”, zegt Frans. “Bovendien verklaart het ook waarom we van die stenen palen met stalen kettingen in de tuin hebben. Die passen heel goed bij een lusthof, maar natuurlijk niet bij een huisje als dit.”

De mogelijke afkomst van het bouwmateriaal maakt de monumentale woning bijzonder. Het is daarmee de oudste woning van Wijckel en Menno van Coehoorn was in zijn tijd

Oude huisje Friesland post 01
Foto van de woning vroeger

een beroemdheid. Hij studeerde wiskunde en vestingbouwkunde aan de Franeker Academie en maakte carrière in het leger. Hij ontwikkelde zich van infanterist tot artillerist en ingenieur. Van Coehoorn bouwde dankzij verschillende succesvolle belegeringen een grote reputatie op. Zijn belangrijkste wapenfeit is de verovering van Namen in 1695. Uit waardering hiervoor werd hij tot luitenant-generaal bevorderd en kreeg hij de titel van baron. Van Coehoorn bouwde Meerenstein om hier met zijn Wikelse vrouw Magdalena van Scheltinga te gaan wonen. De state werd in 1811 afgebroken, maar het bijbehorende park bleef bewaard. Na zijn dood in 1704 werd hij begraven in de kerk van Wijckel in een door zijn kinderen opgericht praalgraf. Dat bevindt zich een paar honderd meter verderop, aan dezelfde weg als de monumentale woning van Frans en Geert.

Opmerkelijke ornamenten

Degene die het huis uit de resten van Meerenstein liet bouwen was vermoedelijk de eerste bewoner veldwachter Tsjiertsje Roskam. Hij voorzag de woning van een aantal opmerkelijke ornamenten. “ We hebben in de gevel een hoofd van een man”, wijst Geert naar boven.” Onze buurvrouw vertelde ons dat ze als klein kind altijd met haar ogen dicht snel voorbijliep, vult Frans aan. “Zo eng vond ze dat koppie.” Onderin de gevel is een angstaanjagende leeuwenkop ingemetseld. Boven de deur van de schuur naast de woning ligt een grote houten zwaan te rusten. “De schuur is niet origineel meer. Dat zie je aan de fundering, maar het houtwerk hebben de vorige eigenaren wel bewaard. Wat de betekenis is van alles, dat weten we niet. Dat heeft ook niemand kunnen achterhalen.” Volgens de verhalen was de versiering van de woning vroeger nog uitbundiger. Zo zou er een kat op de onderdeur zijn afgebeeld, zat er een ander beest op de achterdeur, hing er een groter nepeikel in een van de bomen en zat er op een van de takken een grote vogel. Tsjiertsje Roskam stond in Wijckel bekend als een aparteling.

Oude huisje Friesland post 2
Makkumse tegels

Oude huisje Friesland post 3
Houten deuren

Oude huisje Friesland post 4
Hoofd in de gevel

Bijzondere decoraties in het interieur

De bijzondere decoraties drongen ook door tot in het interieur. De deuren zijn voorzien van rond glas, maar dan opgebouwd uit heel kleine ruitjes in de kleuren rood, blauw en groen. En in de stijlkamer hangt aan het plafond een klauw van een roofvogel die een bal vasthoudt.  “Die klauw was er niet toen we het huis kochten”, vertelt Frans. “We kenden het verhaal wel dat die er altijd had gehangen, maar de klauw was er niet meer. Uiteindelijk is die een aantal jaren geleden teruggevonden bij een boer. De Historische Kring Wijckel heeft onderzocht of het inderdaad ging om de klauw uit deze woning. Dat bleek zo te zijn en sinds die tijd is hij terug in huis.” 

Mooi vinden Frans en Geert de klauw niet. “Het is net een kerstversiering, maar op de een of andere manier hoort die hier wel.” De klauw wordt ook toegeschreven aan de veldwachter. “Hij scheen ook in de heg een vogel uit te knippen. En toen hij zijn einde zag naderen, liet hij hier in de stijlkamer een doodskist neerzetten”, vertelt Geert. “Daar ging hij af en toe in liggen. Best vreemd allemaal.”  Na zijn dood liet de veldwachter zijn huis na aan de broer van degene die zijn doodskist had gemaakt. Die woonde er tot de jaren zestig. Daarna ging het huis over in handen van de Nederlands Hervormde Kerk. Meerdere bewoners volgden die in het huis allemaal in orginele staat lieten. Wel werd er in de jaren zestig een aanbouw aan de achterkant gerealiseerd om het huisje groter te maken. “Toen wij het kochten had het huis inmiddels voorzetramen gekregen. Die hoorden er niet bij en die hebben we dan ook weggehaald”, vertelt Frans. “De aanbouw valt gelukkig niet onder monumentenzorg. Hier hebben we dan ook de nodige aanpassingen gedaan om ons wooncomfort verder te verbeteren. Dit deel overtuigde ons ook niet om de woning te kopen. Dat deden de stijlkamer, de buitenkant en de mooie ligging tegenover het bos.”

Oude huisje Friesland post 5
Stijlkamer

Oude schatten

Alleen in het monumentale deel van de woning zijn ook echt de oude schatten te vinden. Zoals de prachtige houten luiken die nog werken, de Makkumse tegels onder de vensterbank en in de gang, de authentieke open haard en de bedstee. “We hebben van de bedstee wel de delen gerepareerd die stuk waren. Toen wij het huis kochten keken we namelijk vanuit de stijlkamer zo de kelder in.”Frans en Geert zijn nog wel heel nieuwsgaring wat erachter een van de schotten zit. Frans tikt erop. Het klinkt hol. “Het lijkt wel een geheime ruimte. En dat zou natuurlijk zomaar kunnen in een huis als dit!”

Oude huisje Friesland post 6
Frans en Geert

Tekst: Sandra Put, foto’s: Cor Pot